In deze reeks doen we een toertje van heel Europa en stoppen we elke week bij een ander land dat we nu of vroeger op het songfestival mogen of mochten begroeten. Deze week stoppen we bij een land waarvan heel wat mensen vinden dat het niet thuishoort op het songfestival: Israël.
In het begin
Israël vervoegde de songfestivalfamilie in 1973. Velen begrepen niet wat Israël daar kwam doen… Uiteindelijk lag het land toch niet in Europa? Feit is dat alle landen die aangesloten zijn bij de EBU, de European Broadcasting Union, mogen deelnemen. Andere landen die aangesloten zijn en in principe kunnen meedoen zijn Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Libië, Tunesië en zelfs Vaticaanstad! Marokko gebruikte zijn kans al toen het in 1980 deelnam. Er zijn ook verbonden met landen nog verder weg zoals China, Iran en Japan. Ook met Australië… Vandaar dat dat land vorig jaar debuteerde op het songfestival.
Toen Israël in 1973 aan de startmeet in Luxemburg verscheen, waren er wel zware veiligheidsvoorschriften. Op de Olympische Spelen in 1972 was er immers een aanslag gepleegd op de Israëlische atleten. Volgens de geruchten droeg Ilarit, de artieste voor Israël in 1973 zelfs een kogelvrije vest tijdens het optreden. Met 97 punten eindigde Israël toen vierde en was hun songfestivalcarrière gelanceerd.
Grootste successen
Op 38 deelnames bereikte Israël al 19 keer de top 10, waaronder drie gouden, twee zilveren en één bronzen medaille. Israël houdt ook het record van meeste deelnames zonder ooit laatst te worden. (Voor de volledigheid moet wel worden gezegd dat ze drie keer voorlaatst waren.)
De eerste overwinning dateert van 1978, hoewel in Jordanië België dat jaar won. Toen namelijk bleek dat aartsvijand Israël zou winnen, stopte de Jordaanse TV de uitzending en konden de mensen naar een stilstaand beeld van een bos bloemen kijken. In het daaropvolgende journaal kwam de boodschap dat België (die tweede geworden was) de winnaar was. De eerste winnaar voor Israël was Izhar Cohen en zijn groep The Alpha-Beta. Ze brachten een zeer energieke performance op het songfestival in Parijs. “A-ba-ni-bi” betekent eigenlijk “ik hou van jou” maar om de boodschap te verhullen (zoals kinderen dat soms doen) werd er na elk woord een B geplakt. Izhar Cohen zou in 1985 nog eens deelnemen, maar zijn “Olé Olé” moest toen genoegen nemen met de 5de plaats.
In 1979 won Israël in zijn thuismatch al meteen zijn tweede gouden medaille: “Hallelujah” begon rustig met zangeres Gali Atari alleen op het podium. Tot de leden van Milk & Honey erbij kwamen en het lied meer en meer vaart kreeg. Op het einde volgde uiteraard een staande ovatie, maar toch was de buit pas binnen bij het laatste land dat punten gaf: Spanje. Op dat ogenblik nog aan kop, gaf Spanje zijn overwinning uit handen door Israël 10 punten te geven.
In 1982 en 1983 behaalde Israël tweemaal op rij een zilveren medaille: zowel Avi Toledano als wijlen Ofra Haza brachten uptempo nummers die makkelijk in het gehoor lagen. In 1991 was pas helemaal op het einde duidelijk dat Israël niet had gewonnen; het had tot de laatste punten met Zweden gestreden voor de eerste plaats, maar echtpaar Orna en Moshe Datz, oftwel Duo Datz, moesten uiteindelijk niet alleen Zweden, maar ook Frankrijk laten voorgaan. Zo bezorgde het nummer “Kan” (“Hier”) Israël zijn enige bronzen medaille.
Na twee jaar afwezigheid, kwam Israël in 1998 terug met een knal! De transseksuele Dana International had in eigen land al voor heel wat controverse gezorgd en ook in Birmingham leek de pers alleen maar oog te hebben voor haar. Ze liet een jurk met papegaaienveren ontwerpen door Jean-Paul Gaultier maar wou hem uiteindelijk niet dragen… tot ze won… Wanneer Israël bij de laatste punten Malta voorbijstak, verdween Dana International om even later terug te verschijnen voor de reprise van haar winnend nummer “Diva” in wat ze zelf een winnaarsjurk noemde.
Dana International zou nog een paar keer opduiken op het songfestival. In 1999 zong ze als entreact het nummer “Free” van Stevie Wonder, staande aan de berg Zion, tot ergernis van orthodoxe joden. Later moest ze de trofee overhandigen aan Charlotte Nilsson en terwijl ze deed alsof die te zwaar was, gleed ze uit en viel. In 2008 had Dana International het nummer “The fire in your eyes” geschreven voor Bo’az Ma’uda. De knappe jongeman behaalde er een 9de plaats mee. In 2011 nam Dana opnieuw zelf deel aan het songfestival met een eigen compositie. Maar “Ding dong” ging volledig de mist in. Het nummer bereikte maar een 15de plaats in de tweede halve finale en Israël mocht naar huis. Dana International was er wel bij toen het songfestival in 2015 zijn 60ste verjaardag vierde in Londen.
Grootste flops
Vorig jaar wist Israël zich voor het eerst in vijf jaar te kwalificeren voor de finale van het songfestival. De voorbije jaren waren dus niet zo succesvol voor het land. Ook in de jaren ’90 waren er een aantal moeilijke jaren. Door de voorlaatste plaats in 1993, mocht Israël het jaar nadien niet deelnemen. In 1996 was er een voorselectie door een jury, maar daar viel Israël ook uit de boot.
In 1995 was er een schandaal in Nederland door de commentaar van Paul de Leeuw op de Israëlische bijdrage “Amen”, “een liedje dat je echt misselijk maakt van blijdschap”. Paul zei dat hij agressief werd van het nummer… En “er komen nu ook broden en vissen naar beneden in de zaal, er worden bijbeltjes uitgedeeld. Ik denk dat gans de familie Binnendijk als een gek op tafel staat te jubelen. Gatverdomme! Ik ga ze slaan… Ik kan u in ieder geval vertellen dat ik het een kutnummer vind”. Daarna stapte hij het af om pas na het volgende nummer terug commentaar te geven. Er kwamen zoveel klachten binnen bij de Nederlandse TV dat Paul het volgende jaar geen commentaar meer mocht geven.
Organisatie
Israël organiseerde het songfestival al tweemaal: zowel in 1979 als in 1999 ging het door in Jeruzalem. De shows waren telkens kleurrijk… In 1999 sneuvelde door bezuinigingen wel het orkest, iets wat door velen nog steeds al bijzonder jammer wordt beschouwd.
In 1979 won Israël als gastland, maar vroeg het aan de EBU om het festival geen twee jaar op rij te moeten organiseren omwille van financiële redenen. Nederland nam het over in 1980, maar nadat de Nederlandse TV de datum voor het festival had vastgelegd, bleek dat Israël op die dag een feestdag had en dus moest het land afhaken; het was te laat om de datum nog te veranderen. Het is de enige keer ooit in de geschiedenis van het songfestival dat de winnaar het jaar nadien niet meedeed.
Toekomst
Vorig jaar had Israël de winnaar van een jonge talentenwedstrijd naar Wenen gestuurd. Nadav Guedj bezorgde het land voor het eerst in 7 jaar weer wat succes met “Golden boy” en dus werd dezelfde formule ook dit jaar weer gebruikt. “HaKokhav HaBa L’Eirovizion” (“De volgende songfestivalster”) wees de 29-jarige Hovi Star aan met het nummer “Made of stars”.