In onze zomerse reeks zijn we al aan de letter G beland… En ja, dit artikel zou over Georgië of Griekenland kunnen gaan, maar de G die we belichten is Gigliola Cinquetti… Deze Italiaanse schone verscheen drie keer op het songfestival, tweemaal als zangeres en eenmaal als presentatrice.
Gigliola werd in 1947 geboren in Verona en was pas 16 jaar toen ze, samen met de Italiaans-Belgische Patricia Carli, het befaamde San Remofestival won met het nummer “Non ho l’eta” wat zoveel wil zeggen als “Ik ben nog niet oud genoeg”. Echter enkel Gigliola zou door de RAI naar het songfestival in Kopenhagen gestuurd worden. Dat vond plaats in de concertzaal van het befaamde Deense amusementspark Tivoli. Het was toen zo dat alle landen tien juryleden stuurden, die elk vijf, drie en één punt mochten uitdelen aan hun drie favoriete nummers. Gigliola zou een monsterscore halen van 49 punten terwijl de nummer 2, “I love the little things” van de Britse Matt Monroe maar 17 punten behaalde. Italië had zijn eerste zege vast en Gigliola werd de jongste winnares tot dan toe. “Non ho l’eta” werd een groot commercieel succes met drie miljoen verkochte exemplaren en de plaat geraakte zelfs in de Britse top 20, wat niet vaak gebeurt met een Italiaans nummer.
Twee jaar later won Gigliola opnieuw het San Remofestival, dit keer samen met Domenico Modugno, die in 1958 ook al “Nel blu dipinto di blu”, beter bekend als “Volare”, de best verkochte Songfestivalplaat allertijden, naar een 3de plaats had gezongen. Domenico werd echter alleen naar Luxemburg gestuurd en zijn derde songfestivalverschijning bezorgde Italië geen enkel punt… Het was het enige jaar dat Italië met de afgrijselijke “nul points” op het scorebord eindigde. Ze hadden toch beter Gigliola gestuurd.
Gigliola verscheen de tweede keer op een songfestivalpodium in Brighton in 1974. Maar haar nummer “Si” (oftewel “Ja”) werd in haar moederland wel niet live uitgezonden. Een maand later moesten de Italianen zich namelijk in een referendum uitspreken of een wet die echtscheiding toestond moest worden afgeschaft. Uiteindelijk werd het antwoord “no” en kon de wet wel degelijk in voege treden. Het werd ook “no” voor Gigliola. Tien juryleden per land mochten dat jaar één punt uitdelen aan hun favoriet nummer. ABBA kon 24 juryleden overtuigen met “Waterloo”; Gigliola maar 18. Ze werd eervol tweede en kan zeggen dat ze zowel goud als zilver voor Italië wist te behalen.
Haar songfestivalpalmares had dus mooi kunnen zijn, ware het niet dat ze in 1991 nog eens terugkeerde naar het songfestival… Dit keer als presentatrice. Nadat Toto Cutugno in 1990 het songfestival had gewonnen, moet de RAI gedacht hebben dat het wel leuk zou zijn als de twee enige Italiaanse winnaars het songfestival samen zouden presenteren. Helaas was hun talenkennis zeer beperkt en leken ze ook niet echt te weten hoe zo’n songfestival eigenlijk verloopt. Iemand die voor het eerst naar het songfestival keek, zal dus ook niets begrepen hebben van de procedures want Toto en Gigliola waren de hele tijd gezellig samen in het Italiaans aan’t babbelen (terwijl het Engels en het Frans de officiële songfestivaltalen zijn)… Het songfestival liep dan ook serieus uit. Toen Gigliola wat moe begon te worden van rechtstaand te presentaren, ging Toto haar midden in de presentatie een stoel halen… Wat een gentleman!
In elk geval moet Gigliola een goede indruk nagelaten hebben bij de grote bazen van de RAI, want sindsdien werkt ze als TV-presentatrice… Op het songfestival zagen we haar niet meer… Tot nu toe, want verrassingen zijn nooit ver weg bij het Eurovisiesongfestival… En is dat niet één van de redenen waarom we ervan houden?