Komend weekend komen de eerste kandidaten van het Eurovisiesongfestival 2017 in de Oekraïense hoofdstad aan, klaar voor een avontuur van hun leven. Deze week blikken wij voor de laatste keer terug op het vorige Eurovisiesongfestival en dat in ware eurovisiestijl. Vandaag blikken we terug op de tweede halve finale.
De tweede halve finale
De ogen waren tijdens de tweede halve finale vooral gericht op Dami Im. Australië had opnieuw een uitnodiging gekregen en had deze oud X-factor-winnares afgevaardigd. Dami zong loepzuiver en maakte van Sound of silence de winnaar van de avond. Hoewel de jury’s haar helemaal bovenaan zette, moest ze bij televoting Oekraïne laten voorgaan.
Oekraïne was er in 2015 niet bijgeweest door de oorlog met Rusland die het land had getroffen, maar maakte nu zijn comeback met een wel zeer bijzonder en sterk politiek geladen nummer. 1944 ging over de overgrootmoeder van zangeres Jamala die in dat jaar gedeporteerd werd door het communistisch regime van Stalin, maar was volgens velen ook een verwijt aan Rusland voor de huidige oorlog. Rusland had tegen het nummer geprotesteerd, maar de EBU had niet willen ingaan op het verzoek dit nummer te diskwalificeren. Jamala zette een vlekkeloze performance neer en de televoters schonken haar de overwinning, hoewel ze bij de jury’s vreemd genoeg maar 3de werd.
Dat de EBU zich zorgen moet maken over het grote verschil tussen vakjury’s en televoters werd dit jaar meer dan duidelijk. Polen had de klassieke ballade Color of your life gestuurd. Het kon op weinig sympathie van de jury’s rekenen en eindigde bij hen op de 15de plaats. Maar Polen overal in Europa stemden massaal op het nummer, waardoor het bij de televoters 4de werd. Polen eindigde zo op een 6de plaats en mocht zich voor het derde jaar op rij klaarmaken voor de songfestivalfinale.
Omgekeerd was er Israël. De excentrieke Hovi Star had zich niet populair gemaakt en zijn vreemde kapsel was ook niet naar de smaak van veel televoters, waardoor zij Israël pas op een 16de plaats zetten. Maar Made of stars was wel perfect uitgevoerd en de stem van Hovi was heel goed. De vakjury’s plaatsen hem dus op een 4de plaats. Tesamen werd dat een 7de plaats en een ticket voor de finale.
Het grote verschil vakjury/televoting was ook bij andere landen duidelijk zichtbaar: had het aan de vakjury’s gelegen was Slovenië doorgegaan naar de finale (i.p.v. Polen), terwijl Blue and red voor de mensen thuis op de voorlaatste plaats eindigde. Daartegenover stond dan weer dat de televoters Georgië geen plaats in de finale hadden gegeven maar Kaliopi uit Macedonië wel. Wit-Rusland had voor de televoters dan weer de plaats van Israël mogen innemen in de finale.
Bulgarije was even afwezig geweest door wat financiële problemen, maar maakte nu terug zijn opwachting, hopend op een plaats in de finale. Enkel in 2007 was dit gelukt. Poli Genova wist zowel televoters (5de) als vakjury’s (6de) te overtuigen en Bulgarije mocht zich opmaken voor zijn tweede songfestivalfinale ooit. Ook weinig onenigheid tussen vakjury’s en televoters als het over Litouwen ging: Donny Montell mocht bij zijn tweede songfestivaldeelname voor beide door. Bij de televoters stond hij 6de, bij de vakjury 5de.
En dan was er natuurlijk nog België… Toen Laura Tesoro was uitgekozen om met What’s the pressure naar Stockholm te gaan, was iedereen in België ervan overtuigd dat we geen kans maakte om naar die grote finale te gaan. Maar toen mocht België de tweede halve finale afsluiten en bleek er hard gesleuteld te zijn aan de act van het nummer. Na een hele avond veel tegelplakkers gezien te hebben en boze vrouwen, bracht België de onschuld, een vrolijk ritme en vooral een supersfeer naar Stockholm. De jury’s waren verkocht en plaatsten België op de tweede plaats, achter Australië en voor Oekraïne (!); bij de televoters moest België beide landen laten voorgaan, maar met een knappe 3de plaats werd hoopvol uitgekeken naar de songfestivalfinale.
De uitslag:
01. Australië: Dami Im – Sound of Silence (330)
02. Oekraïne: Jamala – 1944 (287)
03. België: Laura Tesoro – What’s The Pressure (274)
04. Litouwen: Donny Montell – I’ve Been Waiting For This Night (222)
05. Bulgarije: Poli Genova – If Love Was A Crime (220)
06. Polen: Michal Szpak – Color of Your Life (151)
07. Israël: Hovi Star – Made of Stars (147)
08. Letland: Justs – Heartbeat (132)
09. Georgië: Young Georgian Lolitaz – Midnight Gold (123)
10. Servië: Sanja Vučić – Goodbye (105)
11. Macedonië: Kaliopi – Dona (88)
12. Wit-Rusland: Ivan – Help to Fly (84)
13. Noorwegen: Agnete – Icebreaker (63)
14. Slovenië: ManuElla – Blue and Red (57)
15. Ierland: Nicky Byrne – Sunlight (46)
16. Albanië: Eneda Tarifa – Fairytale (45)
17. Denemarken: Lighthouse X – Soldiers of Love (34)
18. Zwitserland: Rykka – The Last of Our kind (28)